woensdag 18 mei 2011

Salomé


Lovis Corinth - Salomé (detail)
.


  Met omfloerste ogen staart ze naar het op een schaal geserveerde hoofd van een man. Met duim en wijsvinger trekt ze het ooglid ver open alsof er enige twijfel zou kunnen bestaan aan zijn dood. Bloemen in het haar, halsketting, armbanden, aan elke vinger een ring – dit alles siert haar ijdelheid.
   Het voorover gebogen lichaam biedt een prachtig zicht op haar vrijmoedig ontblote, fraai gevormde borsten en geeft daarmee het tafereel een onmiskenbare erotische lading. De schilder wil er geen enkel misverstand over laten bestaan – deze vrouw is door en door slecht.

   De naam van de vrouw is Salomé en het hoofd dat voor haar ligt, is van Johannes de Doper. Het legendarische verhaal, waaraan de voorstelling is ontleend, staat in de Bijbel - om precies te zijn, in het Evangelie van Marcus. Het verhaal is kort, maar rijk aan intriges, vol list en bedrog.

   Koning Herodes had Johannes (…) laten opsluiten omwille van Herodias de vrouw van zijn broer Filippus, met wie hij getrouwd was. Johannes had namelijk tegen Herodes gezegd: ‘Het is u niet toegestaan te trouwen met de vrouw van uw broer.’
   Sindsdien had Herodias het op hem gemunt en wilde ze hem uit de weg ruimen, maar ze kreeg er de kans niet toe, want Herodes had ontzag voor Johannes, omdat hij wist dat hij een rechtvaardig en heilig man was (…)
   Op een keer deed zich een gunstige gelegenheid voor, toen Herodes op zijn verjaardag een feestmaal gaf voor zijn hovelingen (…) De dochter van Herodias kwam binnen om voor Herodes en zijn gasten te dansen, wat bij hen erg in de smaak viel. De koning zei tegen het meisje: ‘Vraag me wat je maar wilt en ik zal het je geven (…) al was het de helft van mijn koninkrijk.’ Ze ging naar haar moeder en vroeg: ‘Wat zal ik vragen?’ Haar moeder zei: ‘Het hoofd van Johannes de Doper’ (…)
  De koning was diep verslagen, maar wilde het haar niet weigeren omdat hij in het bijzijn van zijn gasten een eed had gezworen.

   In het verhaal van Marcus valt opmerkelijk genoeg niet één keer de naam Salomé, wordt alleen maar gesproken over de dochter van Herodias. De naam Salomé komt voort uit een andere Joodse bron en is later in de volksmond aan het Evangelische verhaal toegevoegd. Dit terzijde.
  
   Het intrigerende verhaal heeft vele kunstenaars geïnspireerd. Hoewel Salomé in het verhaal van Marcus wordt beschreven als een vrij onschuldig werktuig van haar slechte moeder, groeit ze in de negentiende eeuw langzaam maar zeker uit tot de verleidelijke en meedogenloze femme fatale, die we leren kennen uit de voorstellingen van o.a. Corinth, Desvallières en Von Stuck.
   Kijk mee en laat je net als Herodes verleiden door deze mooie, maar gevaarlijke vrouw. 


Benozzo Gozzoli (1462)
.


Titiaan (1515)
.


Caravaggio (1607)
.


Carlo Dolci (1670)
.


Pierre Bonnaud (1865)
.


Gustave Moreau (1876)
.


Jean Benner (1899)
.


Lovis Corinth (1900)
.


Georges Olivier Desvallières (ca. 1900)
.


Franz von Stuck (1906)
.
 
 

woensdag 11 mei 2011

Bathseba


Jean-Léon Gerome - Bathseba (1890)
.

   Koning David is verliefd – smoorverliefd op zijn buurvrouw Bathseba. Vanaf het dak van zijn paleis bespiedt hij haar bij het baden. Het smaakt naar meer – hij laat haar bij zich komen, maakt haar zwanger, maar er is één probleem: ze is getrouwd, behoort een ander toe.
   David verzint een list. Hij stuurt Uria, de man van Bathseba naar het oorlogsfront. De opzet slaagt – Uria sneuvelt in de strijd. Daarmee is de weg vrij. David neemt Bathseba tot zijn vrouw. Hun eerste kind sterft bij geboorte, maar het tweede kind blijft gespaard en volgt hem later op. Het is de wijze koning Salomo.

   David komt er in dit Bijbelse verhaal genadig van af. Waarom straft God hem niet strenger voor zijn boosaardige plan? Omdat hij oprecht berouw toonde? Of omdat de schoonheid van Bathseba zo betoverend was, dat hij wel voor de verleiding moest bezwijken?
   En hoe zit het met Bathseba? Gaat zij wel vrijuit? Wist ze misschien dat David heimelijk toekeek, of sterker nog, hoopte ze hier stilletjes op, genoot ze ervan? Zegt u het maar.




Hans Memling (1492)
.


Jan Massys (1562)
.


Giovanni Battista Nandini (1570)
.
.

Cornelis van Haarlem (1617)
.
.

Peter Paul Rubens (1634)
.



Rembrandt van Rijn (1654)
.


Willem Drost (1654)
.


Nicolaas Verkolje (1716)
.


Francesco Hayez (1834)
.


Jean Léon Gerome (1890)
.

woensdag 4 mei 2011

Zo niet, dan niet


R.B. Kitaj - If Not, Not (1976)
.

   Vreemde titel, merkwaardig schilderij ook, dit werk van de Amerikaanse kunstenaar R.B. Kitaj. Als in een collage heeft hij naar het schijnt willekeurige elementen samengevoegd, die bij nader inzien toch een logisch geheel blijken te vormen.
   Het eerste waar mijn oog op viel, was het bouwwerk op de achtergrond, waar we de poort van Auschwitz in kunnen herkennen. Dit sinistere symbool zet de toon voor het gehele werk – ook al is het een kleurrijke voorstelling, de hel is niet ver weg.

   Kitaj heeft zich bij dit werk inspireren door ‘The Waste Land’, het beroemde gedicht van T.S. Eliot over de ondergang van de beschaving en de uitzichtloosheid van het bestaan. Links onderaan het doek zien we de schrijver, voorgesteld als een kantoorklerk met bril en gehoorapparaat. Een naakte vrouw probeert hem te verleiden.
   De dichter leidt ons door het landschap en fantaseert er lustig op los. De vaak onherkenbare figuren die we tegenkomen, herinneren aan de dolende zielen in het werk van Vlaamse meesters als Bosch en Breughel.

   Ook het andere werk van Kitaj bevat tal van literaire verwijzingen en seksuele toespelingen en wordt daarbij bevolkt door randfiguren – clowns en hoeren, dronkaards en intellectuelen met in de hoofdrol de ‘Wandelende Jood’, waarmee Kitaj zich lijkt te identificeren.
   Zo wordt aan de hand van een wirwar aan moderne symbolen – archetypische brokstukken van het recente verleden, die elk op een heldere en precieze manier worden weergegeven - de versplinterde tijdgeest van de vorige eeuw weerspiegeld. Zo niet, dan niet.
.









Ronald Brooks Kitaj (1932 - 2007)
.